Individueel inoefenen
Wanneer individueel inoefenen grondig wordt aangepakt door middel van een werkbundel kan nog onderscheid gemaakt worden tussen verschillende niveaus van zelfstandigheid. We onderscheid volgende meer en minder geleide varianten:
Geleid leren
Bij geleid leren kiest de leraar de doelen en de leerinhouden. Ook bepaalt de leraar de leeractiviteiten en de manier waarop de taken aangepakt moeten worden. Tenslotte zorgt de leraar voor structurering van de leertijd door een planning en fasering op te maken. Het leerresultaat ligt meestal vooraf vast, hier is dus sprake van productgericht onderwijs.
Zelfstandig leren
We spreken over zelfstandig leren wanneer aan de leerlingen geen hulp geboden wordt bij het verwerven van bepaalde doelstellingen. Zij moeten nieuwe leerstof zelfstandig verwerven.
Enkele voorbeelden
- De leerlingen krijgen bevolkingsstatistieken van een aantal landen die niet eerder besproken werden en moeten zelf achterhalen over welke landen het gaat.
- Nadat de leraar bij basketbal de 'lay up' heeft voorgedaan, oefenen leerlingen in kleine groepjes deze techniek zelfstandig in.
- De leerlingen leiden uit observatie en proefnemingen zelf wetmatigheden af. Het voordeel hiervan is dat leerlingen creatief en probleemoplossend denken. Hier is dus sprake van procesgericht onderwijs. Als belangrijk nadeel van zelfstandig leren wordt wel eens aangehaald dat het heel tijdrovend is en dat men hetzelfde leerresultaat ook sneller kan halen door meer leiding te geven aan het leerproces.
Daaruit ontstond het begrip begeleid zelfstandig leren.
Begeleid zelfstandig leren
Bij begeleid zelfstandig leren (BZL) biedt de leraar doelen en leerinhouden aan en ook verschillende bronnen. In overleg met de leraar maakt de leerling een keuze tussen verschillende studietaken of in welke volgorde hij de studietaken zal volbrengen. De zelfstandigheid van de leerlingen is dus groter dan bij het louter inoefenen van iets. De leraar helpt bij BZL expliciet bij het maken van een planning en begeleidt. Inhoudelijke uitleg van de leraar is beperkt tot het minimum (> de allermoeilijkste zaken die leerlingen echt niet zelfstandig kunnen). Verschillende werkvormen kunnen ingezet wordt om aan begeleid zelfstandig leren te doen. We beschouwen hierdoor begeleid zelfstandig leren als visie op leren waarbij het zelfstandig verwerken van de leerstof door de leerling centraal staat.
Enkele voorbeelden
- De leerlingen maken eerst eenvoudige opdrachten van een bepaald type, onder begeleiding van de leraar en daarna lossen ze moeilijkere opdrachten via zelfontdekking op.
- Je geeft de eindoplossing of correctiesleutel bij een reeks oefeningen zodat leerlingen zelf kunnen controleren of ze het goed gedaan hebben.
- Bij een groepstaak geef je een leidraad met de opeenvolgende stappen.
- Bij een boekbespreking geef je een boekenlijst en enkele concrete vragen die beantwoord moeten worden.
- Bij het uitvoeren van een proef geef je een stappenplan.
- A.d.h.v. concrete, eenvoudige opdrachten leer je leerlingen zoekstrategieën om informatie op het internet op te zoeken.
- Heel wat scholen beschikken over een open leercentrum met geschikte ruimte voor boeken, PC's en tafels om rustig te werken.
Variatie
Hoewel bovenstaande tekst geschreven is onder de rubriek 'individueel inoefenen' kan je er steeds voor kiezen om bepaalde opdrachten of stukken van opdrachten toch in (kleine) groepjes te laten uitvoeren. Ga daarbij doordacht te werk. Motiveer waarom je kiest voor zelfstandig werk of voor werk in duo of in groep.
In dit artikel van Klasse lees je hoe onderwijsonderzoekers Tim Surma en Kristel Vanhoyweghen uitleg geven bij 6 leerstrategieën die effectief zijn en die je bij alle leeftijden kan inzetten.